Faseverschuiving
Faseverschuiving is een term die vaak wordt gebruikt in de thermodynamica en bouwfysica, vooral wanneer het gaat om de overdracht van warmte door materialen. Het beschrijft de vertraging van de temperatuurverandering in een materiaal ten opzichte van de tijd.
Dit effect is van belang bij thermische massa en het temperatuurregulerende vermogen van een gebouw.
Faseverschuiving in de bouw:
- Het verwijst naar de vertraging tussen het moment dat de buitenlucht (bijvoorbeeld de zon) de buitenkant van een gebouw verwarmt en het moment dat die warmte zich door het gebouw beweegt.
- Materialen met een hoge thermische massa (zoals beton of baksteen) kunnen de temperatuur langere tijd vasthouden. Hierdoor wordt de warmte vertraagd door het materiaal (faseverschuiving), zodat de binnenruimte pas later op de dag opwarmt, zelfs als het buiten al warmer is.
- Dit kan zorgen voor comfort binnen het gebouw, omdat de pieken in de buitentemperatuur niet direct worden doorgestuurd naar de binnenruimte.
Hoe werkt faseverschuiving?
Wanneer de zon 's ochtends op een gevel schijnt, zal de gevel eerst opwarmen, maar de warmte komt pas na een vertraging in de binnenruimte terecht. Deze vertraging wordt gemeten in uren en wordt "faseverschuiving" genoemd. Hoe groter de thermische massa van een gebouw (hoe meer warmte het materiaal kan vasthouden), hoe groter de faseverschuiving.
Voordelen van faseverschuiving in gebouwen:
- Temperatuurcomfort: Het helpt te voorkomen dat de binnentemperatuur gelijk oploopt met de buitentemperatuur. Het zorgt voor meer constante binnentemperaturen, wat het comfort verhoogt.
- Energiebesparing: Het vermindert de behoefte aan koeling in de zomer, omdat de warmte later binnenkomt. Dit kan leiden tot lagere energiekosten.
Een goed voorbeeld van faseverschuiving in actie is het gebruik van dikke muren of vloeren die overdag de warmte opslaan en 's nachts de opgeslagen warmte langzaam afgeven, wanneer de buitentemperaturen zijn gedaald.