Isolatie speelt een belangrijke rol in het behalen van de passiefhuisstandaard. Omdat ramen vaak het zwakke punt zijn in de isolatie- en luchtdichtheidsschil, wordt er in passiefhuizen extra aandacht aan besteed. De hoeveelheid glas, de plaatsing en de oriëntatie spelen een belangrijke rol. Zo wordt drievoudig, superisolerend glas geplaatst, dat toch een grote zontoetreding toelaat door een hoge g-waarde, en zijn de glasvlakken liefst (maar niet noodzakelijk) zuidgericht. Het drievoudig glas is zo ontwikkeld dat het, mits juiste plaatsing en dimensionering, werkt als een passieve zonnecollector die gratis warmte opvangt van de buitenomgeving. Zo vangen de ramen tijdens het stookseizoen meer warmte op van de zon, dan dat ze verliezen.
Een raam zorgt voor direct contact tussen binnen en buiten. Dat kan door vaste ramen, opengaande ramen, schuiframen of draaikiep ramen. Het raamkader vormt de verbinding tussen de constructie en het glas. Om het thermische comfort in een passiefhuis te garanderen is het belangrijk dat zo weinig mogelijk warmte verloren gaat via het geheel van raamkader en glas.
Beglazing
Ons thermisch comfortgevoel wordt niet alleen bepaald door de luchttemperatuur in de kamer. Ook de oppervlaktetemperatuur van de ons omgevende wanden is erg belangrijk. In een passiefhuis vormen de ramen geen koude stralingsvlakken en is het verschil tussen de oppervlaktetemperatuur van de wanden en de ramen minimaal. Het passiefhuisglas heeft een beduidend hogere oppervlaktetemperatuur aan de binnenzijde zodat het thermische comfort in de wintersituatie sterk verbetert. ’s Winters aan het raam zitten, kan dus zonder de koude van het glas te moeten compenseren met een verwarmingselement, en zonder aan comfort in te boeten.
Richtwaarden
Transmissieverliezen beperken: U-waarde van beglazing < 0,8 W/m²K
Passieve warmtewinsten optimaal benutten: g-waarde van beglazing > 50 %
Enige voorzichtigheid is echter geboden. Ook al zijn de transmissieverliezen van passiefhuisbeglazing en passiefhuisschrijnwerk gevoelig lager dan deze van gewoon dubbel glas, de vensters blijven maar matig isolerende wanddelen. Om aan de eisen van het peil van globale warmte-isolatie (K-peil) en van het thermische comfort te voldoen, moet dan ook omzichtig omgesprongen worden met grote glasoppervlakken.
Wat betreft de begroting van het extra benodigd energieverbruik voor verwarming in de winter kan men niet louter rekening houden met de globale zonne-instraling maar moet dit enigszins worden afgeroomd door diverse factoren. De gratis zonnewinsten zijn des te groter naarmate de ramen meer zuidwaarts zijn georiënteerd en niet worden beschaduwd. Het passiefhuisrekenpakket PHPP houdt onder meer rekening met de impact van de omgevende bebouwing, de structurele luifels, de inbouwdiepte van ramen, de vervuiling en reductie veroorzaakt door niet-loodrechte instraling van de zon op het glas, de zontoetredingsfactor, enz.
Schrijnwerk
De isolatiekwaliteit van een venster hangt niet enkel af van het gekozen glas, maar ook van het type kader. Het gebruik van uitstekend isolerend glas garandeert dus niet dat er geen warmte verloren gaat via het geheel van het venster of dat er geen condensatie optreedt op het schrijnwerk. Het raamkader zelf, de wijze van bevestiging van het glas in het kader en de bevestiging van het kader in de wand is even belangrijk.
De U-waarde van het glas wordt gemeten in het centrum van de glasplaat, zodat de effecten van het raamkader en de rand niet in rekening gebracht worden. De werkelijke U-waarde van een venster kan bijgevolg sterk verschillen van de U-waarde van het glas. Deze U-waarde hangt af van volgende factoren: de U-waarde van het glas en van het raamkader, de afstandhouder in de glasrand, de inbouwdiepte van het glas in het kader en de geometrie van het raam.
Richtwaarde
U-waarde van buitenschrijnwerk < 0,8 W/m2K
Aangezien luchtdichtheid in passiefhuizen van cruciaal belang is voor het interne comfort moeten ook de ramen luchtdicht ingebouwd worden. Dat uit zich zowel in het materiaal als in de plaatsing. De raamkaders van opengaande ramen zijn voorzien van een driedubbele luchtdichting en tijdens het plaatsen van het raam moet een luchtdichte aansluiting tussen wand en raam verzekerd worden. Dat is een kritiek punt in de totale luchtdichting van het gebouw. Vooral het hang– en sluitwerk van het schrijnwerk vormt vaak een zwak punt in de luchtdichting van ramen. In het bijzonder dient ook gelet op de keuze van de buitendeuren. Deze bevatten meestal een onderregel, die de luchtdichte sluiting verzekert en een extra luchtdichting wanneer het slot wordt vergrendeld. Het sluitwerk zelf moet uiteraard ook luchtdicht en thermisch onderbroken zijn en zo bevestigd dat geen kritische punten in het luchtscherm worden doorboord.
Passiefhuisramen kunnen gemaakt worden uit verschillende materialen en materiaalsamenstellingen. Voor kunststof raamkaders is het essentieel dat de grote luchtkamers opgevuld worden met isolatiemateriaal. Houten ramen bestaan vaak uit een samenstelling van hout en isolatiemateriaal, waarbij dat laatste kurk, PUR, EPS of een ander materiaal kan zijn. Er bestaan ook massief houten ramen, die rekenen op de extra isolatiecapaciteit van enkele ingesloten luchtkamers. De houten ramen kunnen om redenen als onderhoud en esthetiek voorzien worden van een gedeeltelijke of volledige aluminium buitenbekleding.