Eerst de gebouwschil, dan de technieken
Een degelijke gebouwschil met een dik isolatiepakket en een kierdichte afwerking bespaart massa’s energie en is de beste financiële bescherming tegen stijgende energieprijzen. Bovendien doet een goede gebouwschil iets wat hernieuwbare bronnen niet kunnen: jouw wooncomfort verbeteren. Tocht, condensatie, schimmels en kille en vochtige kamers zijn zo voltooid verleden tijd. En die zonnepanelen? Die kunnen er binnen enkele jaartjes alsnog bovenop.
Kostenefficiënt bouwen
Het klinkt als muziek in de oren, maar tegenover een betere kwaliteit en meer comfort staat onvermijdelijk ook een meerprijs. En die varieert. Aanzienlijk. Voor bouwheer en architect liggen hier grote kansen. Een geïntegreerd concept waarbij licht, zicht, beleving, comfort én energie een speerpunt zijn vanaf het voorontwerp, kan vele euro’s besparen.
Zo heeft een compact gebouw minder warmteverliesoppervlakte en zal het dus minder verwarming nodig hebben. Nemen we een rijhuis en een viergevelwoning met dezelfde oppervlakte, dan kan bv. het rijhuis met 5 cm minder isolatie in de gevels en 8 cm minder in het dak toch maar evenveel verbruiken als zijn oncompacte broertje.
Een doordachte indeling van de ruimtes en een uitgekiende plaatsing van de ramen is ook een absolute topprioriteit. Groepeer waar mogelijk de warme (geïsoleerde en luchtdichte) ruimtes en scheid ze duidelijk van kelders, koude bergingen,… Ook natte ruimtes horen samen: technische leidingen en ventilatiekanalen worden hierdoor een pak korter en verlagen het energieverbruik. Een verstandige integratie van de energietechnieken levert dus tweemaal winst op: een hogere energie-efficiëntie én een beperking van de bouwkost.
Van de teken- naar de rekentafel
Is het voorontwerp klaar, dan kan je met de berekening tot een definitief ontwerp komen. Een geschikte rekentool is daarbij essentieel. Het wettelijke K-peil en E-peil hebben zeker hun verdiensten maar vertellen niet het hele verhaal. Het K-peil geeft je een idee van de isolatiegraad, maar neemt luchtdichtheid en oriëntatie niet mee. Bij het E-peil kan een slechte gebouwschil dan weer gemakkelijk gecompenseerd worden met hernieuwbare energietechnieken - fantastische technieken, maar vooral als kers op de taart.
Wie een juiste investeringsvolgorde belangrijk vindt, kan met de architect best een resultaatsverbintenis sluiten, gebaseerd op een netto energiebehoefte voor verwarming en koeling en berekend met de PHPP-software. Isolatie, luchtdichtheid en ventilatie worden hierbij in rekening gebracht, zonder compensatie met hernieuwbare technieken. Een échte indicator dus voor de kwaliteit van de gebouwschil. Voor wie een passiefhuis wil bouwen, is dit kengetal hoogstens 15 kWh/m².jaar bij een gemiddelde binnentemperatuur van 20°C.
Het resultaat van de PHPP is een logisch en kostenefficiënt evenwicht tussen de performantie van het glas en het schrijnwerk, de muur-, vloer- en dakopbouw, de ventilatievoorzieningen, … Het is daarbij zeker niet verplicht om met passiefhuis-gecertificeerde componenten te werken. Wel controleer je best de betrouwbaarheid van de door fabrikanten en leveranciers aangeleverde gegevens. Producten die gecontroleerd werden door onafhankelijke instanties volgens de Europese normeringen, zijn bv. de ATG-, BUTGB- en ETA-certificaten. Ook de productwaardes vermeld op www.epbd.be worden zonder meer aanvaard.
Van idee naar realiteit
In overleg met ingenieur, installateur en aannemer, … vertaalt de architect het definitieve ontwerp naar een uitvoeringsdossier: een belangrijke vertaalslag die tijd en overleg vergt en de kwaliteit van de werf in grote mate zal bepalen. Een goed uitvoeringsdossier bevat naast de wettelijke minimumplannen, ook een bundel met uitgewerkte bouwdetails: voor de uitvoerder moet het immers duidelijk zijn waar, wanneer en hoe de isolatie en de luchtdichting aangebracht moeten worden. Op www.bouwdetails.be vind je een aantal principedetails met uitgebreide uitleg.
Essentieel vóór de eerste steen wordt gelegd, is het opstellen van een ventilatieplan. Een goed functionerend ventilatiesysteem zorgt immers voor het gezond en comfortabel binnenklimaat. Een goed ontwerp voorziet voldoende plaats voor ventilatiekanalen, ventilatietoestel en aan- en afvoeropeningen. Kanaalsecties en debieten zijn onontbeerlijk op dit plan. Ook een juiste inregeling van het ventilatiesysteem bij de oplevering, een handleiding en een goede inspecteerbaarheid achteraf zijn een must. Op www.beterventileren.be kan je de belangrijkste aandachtspunten vinden.
Wat bij renovatie?
Ook bij de diepgaande renovatie van bestaande gebouwen blijft bovenstaande werkmethode gelden. Wil je jouw renovatie stapsgewijs realiseren, dan is het belangrijk om vooraf je einddoel goed te definiëren. Een geïntegreerd ontwerp blijft ook hier onontbeerlijk, zo niet dreig je oneconomische beslissingen te nemen die ook op het vlak van duurzaamheid een nefaste impact hebben.
Door een aantal specifieke renovatieproblemen kan de passiefstandaard niet altijd kostenefficiënt bereikt worden. In dat geval stap je beter over naar een renovatie met passiefhuis-componenten, en richt je je best naar een netto energiebehoefte voor verwarming van ca. 25 à 30kWh/m².jaar. Dat is nog steeds bijna 3 keer beter dan de huidige nieuwbouw-standaard.
Begeleiding
De adviseurs van het Pixii kunnen je en/of je architect doorheen dit hele proces steeds bijstaan. Zij bouwden al heel wat expertise op, en geven raad in verband met ontwerp, aanpak, kostenefficiëntie, berekening, uitvoering en certificatie. Ontdek hier meer informatie.